Als de dag van gisteren herinner ik me hoe dit verhaal is begonnen. Vorig jaar mailde ik de bekende Leidse schrijver Jeroen Windmeijer, ook wel de Dan Brown van de Lage Landen genoemd. ‘Jeroen, ik heb een mooie locatie voor je voor een nieuw spannend verhaal. Heb je wel eens gehoord van het Kruisherenhotel in Maastricht? Het is een prachtig hotel in een middeleeuws gerestaureerd klooster en naastgelegen kerk. De verhalen liggen daar voor het oprapen.’ Waarop Jeroens reactie luidde: ‘Waarom ga je er niet zelf iets mee doen? Je kunt schrijven. Zo ben ik ook ooit begonnen.’ Ach, waarom ook eigenlijk niet, denk ik bij mezelf.
Een mysterie in Maastricht
Maar waar begin je dan? Ik start mijn zoektocht naar een geschikt mysterie in Maastricht. Waarom daar? Het is een van mijn favoriete steden in Nederland met een rijke historie, veel kerken en oude gebouwen. Hier zal vast wel iets te vinden zijn.
Al googlend vind ik snel een interessant onderwerp. In de zestiende eeuw zijn in Maastricht volgens de overlevering door monniken 12 zilveren apostelbeelden en 1 gouden Christusbeeld verstopt om ze te beschermen tegen de Spaanse bezetters. Die beelden zijn nooit meer terug gevonden. Nooit meer? Volgens de overleveringen is er een paar eeuwen later een keer een metselaar uit zijn bed gelicht en geblinddoekt naar een plek gebracht waar hij onder de grond een aantal beelden moest inmetselen. Maar meer dan dat weten we niet. Interessante ingrediënten voor een spannend verhaal.
Te rade bij Camille Oostwegel
Ik besluit Camille Oostwegel te raadplegen. Hij is de succesvolle ondernemer achter de Oostwegelcollection, een bedrijf met unieke horecabedrijven als het Kruisherenhotel, Winselerhof, Château St. Gerlach en Château Neercanne. Als iemand spannende verhalen weet of oude plekken met raadselachtige mysteries kent, in of rondom de stad Maastricht, moet hij het zijn. Misschien weet hij ook iets over een van zijn eigen bijzondere bedrijven. Ik was in 2017 al eens zijn gast in het Kruisherenhotel, misschien wel de meest bijzondere overnachtingsplek waar ik in Nederland ben geweest. Door dat verblijf kwam ik ook op dit idee.
Waar ligt musketier D’Artagnan begraven?
Hij wil hier graag aan meewerken en we maken een belafspraak. Over het Kruisherenhotel zijn hem eigenlijk geen mysterieuze verhalen bekend. Wel is er het raadsel van musketier D’Artagnan. Deze beroemde romanfiguur uit het boek van Alexandre Dumas heeft echt bestaan en speelde een belangrijke rol in de geschiedenis van Maastricht in 1673. Hij sneuvelde bij de gevechten om Maastricht toen hij de jonge Duke of Marlborough wilde redden. Dit is een van de verre voorouders van Winston Churchill. Als D’ Artagnan hem niet had beschermd, was de geschiedenis misschien wel heel anders gelopen. Maar waar is het lichaam van de gesneuvelde D’Artagnan gebleven? Het hospitaal voor de Frans officieren was in Château Neercanne. Sommige historici vermoeden dat de beroemde musketier na het fatale schot daar naar toe is gebracht, overleden en ook opgebaard. Maar daarvoor is geen bewijs. Het kamp van de Franse musketiers lag in Wolder, niet ver van de kerk. Het kan ook zijn dat hij naar zijn tent is gebracht en daar is opgebaard. In dat geval is hij wellicht begraven in of bij de kerk van Wolder. Niemand weet het zeker. Het is een groot raadsel maar de Franse historica Odile Bordaz doet voortdurend onderzoek dus wie weet …?
Maar ook over een van zijn eigen locaties heeft Camille Oostwegen een intrigerend verhaal. De laatste bewoonster van het reeds genoemde Château Neercanne is de freule Louise Poswick. Een excentrieke dame over wie hij mooie anekdotes kent. Het Limburgs Landschap neemt in 1947 Château Neercanne over van de freule voor een bedrag van 80.000 gulden. Als de freule Poswick in 1958 overlijdt, is haar hele fortuin onvindbaar.
Excentrieke kasteelvrouwe
Inderdaad, dit is zeker een intrigerend verhaal. Een oud kasteel, een excentrieke kasteelvrouwe en een verdwenen schat. Een perfecte combinatie. Daar wil ik meer van weten. Ik bedank Camille Oostwegel en ga verder op onderzoek uit. Al snel kom ik uit bij de Maastrichtse historicus Servé Minis die een boekje aan de geschiedenis van Château Neercanne heeft gewijd. Daarin schrijft hij het volgende:
‘De freule Louise Poswick overleed op 12 augustus 1958 op 86-jarige leeftijd. Na haar dood bleek haar hele fortuin onvindbaar en deed het gerucht de ronde dat zij haar vermogen aan geld en juwelen in de mergelgrotten van Kanne zou hebben verborgen. Bij het uitbreken van de oorlog had zij dat ook al eens gedaan met het kostbare zilverwerk uit het kasteel. De pastoor Den Hout was er zelf bij toen zij de zilverschat in een van de terrassen heeft verborgen, maar na de bevrijding is ook deze schat nooit meer teruggevonden.’ (Geciteerd uit Serve Minis: Château Neercanne, Lusthof en Heerlijkheid)
Gezang bovenop de tafel
In het boekje staat nog meer interessante info geschreven over de excentrieke freule:
‘Tussen de wereldoorlogen ging het kasteel over op zijn (noot Mario: ‘zijn’ verwijst naar Felix Poswick) ongehuwde dochter Louise, die gewoonlijk de freule Poswick werd genoemd. Tijdens het leven van freule Poswick werd het kasteel niet goed onderhouden. Zij leefde meer van dag tot dag en beheerde het kasteel op een geïmproviseerde manier. In het dorp werd de freule als een zonderling beschouwd: ze droeg altijd een merkwaardige muts, rookte sigaren en toen zij niet meer goed ter been was liet zij de wintervoorraad kolen in een van de kamers van het kasteel storten, zodat ze die voortaan niet meer buiten hoefde op te halen.
Toen het kasteel in 1942 door de Duitsers werd gevorderd voor de Organisation Todt werd zij gedwongen om buiten het kasteel te gaan wonen. Zij kreeg een kleine woning naast de hoeve van boer Vrancken, waar zij de laatste jaren zou doorbrengen. Dagelijks reed zij op haar fiets naar Maastricht en bleef dan steevast eten in het restaurant van Vroom en Dreesmann. ’s Avonds was zij vaak te gast bij Rector Jos Cremers, die na zijn pensioen in 1939 in het huis van de Crutsheren tegenover de kapel was gaan wonen en na enkele glazen wijn werd de avond vaak afgesloten met een gezang, dat de freule staande op tafel ten gehore bracht.
Bij de verkoop van het kasteel kreeg de freule in 1947 een bedrag van F. 80.000,- van het Limburgs Landschap en in 1956 mocht zij nog één maal als de Grande Dame van Neercanne optreden bij de opening van het Restaurant Château Neercanne.’
Geheime verstopplekjes
Ook anderen raadpleeg ik. Toevallig komt het onderwerp ter sprake in contact met Frans Kapteijns (op twitter bekend als @boswachterFrans), die in zijn jonge jaren in de terrastuinen blijkt te hebben gewerkt. Hij vermoedt ook dat de schat in de nabijgelegen mergelgrotten zal zijn verstopt.
Na een aantal weken neem ik een besluit; ik wil zelf naar het kasteel om daar samen met Camille Oostwegel op zoek te gaan naar de verdwenen schat. Als ik hem dit voorstel, hoeft hij niet lang na te denken. Een afspraak is zo gemaakt.
Ik overweeg nog even om een metaaldetector mee te nemen, maar daar moet ik natuurlijk eerst toestemming voor vragen. Na mijn research heb ik de volgende hypothese ontwikkeld. De freule heeft heel haar leven op het Château gewoond en in haar jeugd vast geheime verstopplekjes gehad in en rondom het kasteel. Het zou me niet verbazen als ze ergens in de terrastuinen een mooi verstopplekje heeft gevonden. Immers, een ooggetuige (Pastoor den Hout) heeft haar daar ook al eens het zilverwerk van het kasteel zien begraven.
Mistige zaterdagmorgen in Zuid-Limburg
Op een mistige zaterdagmorgen in januari arriveer ik bij het Château voor mijn afspraak. Wat een prachtige plek is dit, pal op de grens met België. De nevelwolken geven het kasteel een extra mysterieuze sfeer. Voor een spannende film zou het vandaag een perfecte set zijn! Ik meld me bij de receptie. Omdat ik iets te vroeg ben, leidt een aardige dame van de receptie me even rond door de verschillende prachtige kamers. Ik zie ook voor het eerst een portret van de jonge freule en maak er maar meteen een foto van.
Even later ontmoet ik Camille Oostwegel. Voordat we de schat gaan zoeken, maken we uitgebreid kennis met elkaar. Ik ontdek al snel dat hij vol zit met prachtige verhalen en vraag hem na een tijd of hij er wel eens over heeft gedacht een biografie te laten maken. Die blijkt al te bestaan en ik krijg het boek na afloop van onze afspraak van hem cadeau.
Bescherming van cultureel erfgoed belangrijke drijfveer
Wel uren kan ik luisteren naar alle prachtige verhalen van deze rasverteller. Het wordt echter tijd om op zoek te gaan naar de verdwenen kostbaarheden. Maar niet voordat ik eerst een uitgebreide rondleiding heb gekregen door het chateau. Alles klopt hier! Wat een prachtig gerestaureerde historische plek is dit. Ik merk al snel dat de heer Oostwegel geen gewone horecaondernemer is. Dit is een man met een bijzondere missie, waarbij ik zie dat het beschermen van cultureel erfgoed een hele belangrijke persoonlijke drijfveer voor hem is.
Dan gaan we naar buiten. Al snel ben ik een illusie armer en mijn hypothese over de vindplaats van de schat kan in de prullenbak. De kans dat de schat in de terrastuinen ligt is zeer klein, aldus Camille Oostwegel. Tijdens de restauratie is er zelfs een meter grond verwijderd om de originele tuinen weer te kunnen herstellen.
Bovendien is er destijds uitgebreid grondradaronderzoek gedaan door een archeologische onderzoekgroep. Als de schat in de tuin had gelegen, was deze gevonden. Overigens zijn de herstelde terrastuinen prachtig. Het is het enige kasteel in Nederland met terrastuinen, een belangrijk cultureel erfgoed.
Zoveel als mogelijk zijn alle originele elementen in de tuinen gebruikt. Daarnaast zijn er mooie sculpturen toegevoegd. Wat een klus moet het herstel zijn geweest. En het uitzicht is hier ook bijzonder. Helaas is het nog mistig maar ik kan me goed voorstellen dat bij mooi weer het Jekerdal zich hier in zijn volle glorie laat zien.
Ligt de schat in de mergelgrotten?
Nee, in de tuinen zal de schat inderdaad niet liggen. Maar waar dan wel? Camille Oostwegel heeft wel een idee. ‘Komt maar eens mee.’ Onderweg zegt hij dat het natuurlijk ook heel goed mogelijk is dat de schat al lang gevonden is en gestolen. Wie zal het zeggen?
We verlaten de terrastuinen en lopen via een smal trappetje het kasteel weer in. Bij de uitgang aan de andere kant zie ik een grote poort. Het blijkt de toegang tot de mergelgrotten. Ik had daar al over gelezen maar me niet zo gerealiseerd dat deze zo dichtbij zouden liggen. We gaan de grotten binnen en ik kijk mijn ogen uit. Wat een fantastische plek om te dineren! Overal staan gedekte tafels. Op dit moment is alles vanwege corona gesloten, maar in normale omstandigheden kun je hier in de grotten heerlijk dineren in een unieke entourage.
Hij leidt me verder rond en laat me een paar bijzondere details zien. Zoals bijvoorbeeld de handtekeningen van beroemde regeringsleiders, zoals Mitterrand, Kohl, Lubbers, Major en zelfs Koningin Beatrix, die hier in 1991 dineerden tijdens de Eurotop. Op veel plekken zie ik bijzondere herinneringen vastgelegd in de mergelwanden. Ook zijn eigen kinderen hebben hier hun huwelijk gevierd.
Een hek met een slot
Dan staan we ineens voor een soort kelder. Er zit een hek voor met een slot erop. ‘Als ik zou moeten bedenken waar de schat zou kunnen liggen, zou ik gokken op zo’n soort plek’, zegt Camille Oostwegel. Een gat uithakken in het mergelgesteente, schat erin en daarna weer dichtmaken. Helaas heeft hij de sleutel niet op zak en zit mijn tijd er bijna op. Erg jammer, want ik heb inderdaad het gevoel dat we op het goede spoor zitten. ‘Zal ik anders nog een keer terugkomen?’ vraag ik. ‘En vindt u het dan goed dat ik een metaaldetector meeneem?’ Tot mijn grote opluchting vindt hij dat een prima idee. En hij gaat me dan ook zeker helpen met zoeken.
We nemen afscheid en ik beloof snel terug te keren.
Tot slot
Aan het eind van de middag maak ik vanuit mijn B&B in Wolder een wandeling met mevrouw Vakantaseren. Bij toeval komen we halverwege weer bij Château Neercanne uit. Ik laat haar de terrastuinen zien en vertel over onze vergeefse zoektocht naar de verdwenen schat. Het begint te schemeren en dat vergroot het mysterie van dit kasteel alleen maar.
In het donker lopen we terug maar ik ben er niet meer helemaal bij. In mijn hoofd ben ik al bezig met mijn volgende bezoek. En waar vind ik een goede metaaldetector?
Heb jij nog een goede tip? Waar denk jij dat de kostbaarheden van de freule van Château Neercanne zijn gebleven?
‘Alles moet bevochten worden’
Vorig jaar is een nieuwe geactualiseerde versie van het boek ‘Alles moet bevochten worden’ verschenen, een bijzonder interessant en uitstekend leesbaar portret van Camille Oostwegel.
Verantwoording
Dit artikel heb ik op eigen initiatief en onder eigen verantwoordelijkheid geschreven. Mijn erkentelijkheid gaat uit naar de heer Camille Oostwegel die zo bereidwillig is geweest om hier aan mee te werken. Ook gaat mijn dank uit naar Servé Minis die mijn vragen heeft beantwoord en mij een exemplaar van zijn boekje over Château Neercanne ter beschikking heeft gesteld. Alle foto’s in dit artikel heb ik zelf gemaakt. Copyright berust dus bij mij. De foto van de handtekeningen van de regeringsleiders in de grotten van Neercanne heb ik met toestemming van de Oostwegel Collection gebruikt. De eindredactie van dit artikel was in handen van Astrid van Unen van U-producties.
Bij de research voor dit verhaal heb ik gebruik gemaakt van de volgende publicaties: Servé Minis, Château Neercanne, Lusthof en Heerlijkheid. Rosalie Sprooten, John Hoenen: Alles moet bevochten worden, een portret van Camille Oostwegel.